365 Dagen Tao

131 - Betekenis

In India stond een tempel aan zee, die werd getroffen door de bliksem. Die kleine storm kondigde een enorme orkaan aan, die uiteindelijk de hele omgeving verwoestte. De oude tempel scheurde vanaf het dak tot aan de fundering. Een heel stuk kwam los van het gebouw, als een afgehakt hoofd. Was dat karma? Was het de straf van de goden? Of was het gewoon een oud gebouw en een ongelukkig toeval?

Uit je antwoord blijkt je houding ten opzichte van de natuur, de werkelijkheid en of je gelooft dat goden tussenbeide komen in menselijke aangelegenheden. Als je beweert dat er een reden was waarom die bliksem de tempel doorkliefde, geloof je in een wereld waar onzekerheid het bijproduct is van de emotionele grillen van een of ander opperwezen. Maar als je dit voorval alleen accepteert als een natuurlijke ramp, accepteer je ook toevallige gebeurtenissen in het leven. Een dergelijk gezichtspunt sluit het idee van het goddelijke natuurlijk niet uit. Het zegt alleen dat niet alles in de natuur tot stand komt door een of andere hemelse bureaucratie.

Het is gewoon een feit dat de tempel door de bliksem werd doorkliefd. De betekenis van dit voorval – als het al een betekenis heeft – wordt bepaald door de mens zelf. De een beschouwt het als een ramp, de ander als een goed ding, terwijl een derde het zonder emotie bekijkt. Het voorval heeft niets in zich dat de betekenis ervan voorschrijft. Het is genoeg dat we allemaal onderkennen dat het is gebeurd.